donderdag 25 mei 2017

Hoofdstuk 38, Tidor, Achmed en Gabriel


Professor Tidor Halmahera is weer losgelaten uit de fetisj kelder. Hij was al wijs en is nu nog veel wijzer geworden. Een week lang seksuele handelingen met voeten en tenen zien had hem meer dan ooit doen verlangen naar gewoon stamppot met gehaktballen, niet alleen seksueel gezien, maar ook letterlijk.

En nu zit hij dan bij de Chinees en werkt de bami naar binnen. De postbode Achmed, die normaal gesproken in de wijk van Rusti loopt had ook toevallig zin in stamppot met gehaktballen, maar toeval bestaat niet, hij is ook gaan eten bij Kweet Kwan Kwuk. En ook bami en aan dezelfde tafel, want het restaurant heeft maar één tafel.

Al bami in lange strengen naar binnen slurpend neemt Tidor zijn aantekeningen door. Achmed ziet de foto’s en verbleekt alsof hij een fles chloor heeft leeggedronken. Hij is wel wat gewend, maar dit gaat alle perken te buiten voor een goedgelovig mens.
“Het is maar voor de studie, hoor” zegt de prof als hij de schrik ziet bij Achmed die zijn handen ten hemel heft.

God kijkt op van zijn boek. Verstoord zegt hij tegen Angel: “Dat is niet voor mij, stuur even een Gappje naar Allah”.

“Ach Gabriel wil jij dat even doen?” vraagt Angel, “ik lig net in bad.”
Gabriel *) is het huiskonijn van de Hemel en is wel heel bijzonder. Hij is half God en half konijn en kan alles maar doet vrijwel niets, behalve met de Kerst. Niemand weet tot nu toe hoe dit dier zo is ontstaan. Maar in hoofdstuk 54 komen we de niet-waarzegger David Sorcxi tegen en die kan misschien een tipje van de sluier lichten.

“Ik moet” zegt professor Tidor, “een lezing geven over seksuele gevoelens bij voeten. Het blijkt namelijk dat het deel van je hersens dat je voeten en tenen bestuurt, vlak bij het hersendeel ligt waar je seksuele opwinding zich bevind. En bij sommige mensen is die grens tussen deze hersengedeelten een beetje vervaagd en dan krijg je dat - vooral mannen - nogal opgewonden kunnen raken van voeten.”

Achmed begint z’n licht getinte huidskleur weer een beetje terug te krijgen maar kijkt nog steeds schaapachtig naar de prof. Die neemt een enorme hap bami en probeert tegelijk verder te gaan met vertellen. Nadat Achmed de bami uit zijn haar heeft geplukt en een paar sorry's van de prof, gaat hij verder: “Maar, het is éénrichtingsverkeer. Andersom werkt niet, dus als je iemand ziet met dikke voeten of opgezette tenen, denk daar dan niets van.”

Zie voor de complete lezing hoofdstuk 47.

G.D. 12 mei 2017

*) Spreek uit: Ga-briel en niet: Gabriël